Met 50cc Zündapp naar Oostenrijk en terug

In tien dagen met 50cc naar de GrossGlockner en terug.

Langere vakantietrips met de Zündapps waren we wel gewend. Zwitserland, Vorarlberg, Frankrijk en Duitsland hadden wij al eerder met onze brommers bezocht. Maar om zonder begeleidingsauto voor de bagage met een Zündapp vanaf Nederland naar Oostenrijk te rijden en daar over de Grossglockner met zijn 2570 meter en andere imposante passen te toeren en weer terug was wel even andere koek. Met Zundapps langs de Rijn bij Remagen
“We” zijn Wim, op zijn K80, Wybe op de Honda SS50 en ik op mijn GTS50. Regelmatig rijden we een ritje in de omgeving met Achterhoekse Zündapp liefhebbers en meestal maanden van tevoren plannen we ieder jaar een tocht naar het buitenland. Al in het begin van 2020 kwam Wim met het voorstel om een serieus langere rit te maken naar Oostenrijk om daar de Grossglockner Hochalpenstrasse te gaan rijden met onze Zündapps en Honda. Ik twijfelde even, want waren die 2700 km wel vol te houden door ons “oudere jongeren” met een leeftijd tussen de 65 en 70?
Ieder jaar wachten is weer een jaar ouder worden. Nóg langer wachten heeft op onze leeftijd geen zin en de afspraak werd gemaakt om in 2020 op pad te gaan. Maar toen kwam er iets tussen dat de wereld op zijn kop zette en de plannen voor Oostenrijk moesten worden gepauzeerd.
In die verplichte pauzeperiode werden de reeds gereserveerde hotels mét garage voor de Zündapps en Honda geannuleerd en gelijktijdig informeerden wij deze hotels dat wij echt wilden komen, maar dat wij moesten wachten op een later tijdstip.
Het idee was om in 10 etappes vanaf huis in de buurt van Arnhem een route door midden Duitsland naar Tirol in Oostenrijk te volgen, daar de Grossglockner Hochalpenstrasse in de Hohe Tauern omhoog te rijden en vervolgens weer in westelijke richting door de Lechtaler Alpen van Vorarlberg ten zuiden van de Bodensee door het Schwarzwald naar huis te gaan. Zo kwamen we door de fraaiste omgeving met de mooiste plaatsen en landschappen. Op papier zag het er goed uit en uiteindelijk bleek het na afloop ook fantastisch te verlopen.

Eind 2021 konden we weer plannen maken en we besloten op zaterdag 11 juni 2022 te vertrekken. De bagage moest tot een minimum worden beperkt, omdat er geen volgauto mee reed en Wim maakte via MyRoute een landschappelijk aantrekkelijke route, zodat we niet, of heel weinig, van de drukke Bundesstrassen gebruik hoefden te maken. Wybe zorgde er voor dat de thuisblijvers ons konden volgen via de Polarsteps App.

De weken vlogen voorbij en eindelijk konden we op de avond voor vertrek de bagage vast sjorren, tanktassen vullen en de zijtassen vol stouwen met mixolie en reserveonderdelen voor de Zündapps. Wybe reed op een 4-takt Honda, dus die nam extra motorolie mee.
Zaterdag 11 juni verzamelden wij bij Wehl in de Achterhoek, waar de clubleden Wilbert en Wilko ons uitzwaaiden en een stukje meereden. We reden de eerste kilometers over de nog vlakke omgeving van Noord-Rijn Westfalen naar Montabaur, zo’n 285 km verder in het Westerwald. Ik zag onderweg dat er een beetje olie zweette uit het o-ringetje van de koppelingshevel, maar dat bleef beperkt, dus doorrijden. Verder was de eerste rit probleemloos.
ZVC-lid Andreas Lenz van het Westerwald Zündapp Treffen, welke dit jaar op 10 september wordt gehouden, ontmoette ons daar en liet ons de betere restaurantjes zien. Het was zeer gezellig die avond en Andreas
vertrok aan het eind van de avond weer richting huis met zijn speciale Famel.
De volgende dag werd koers gezet voor een rit van circa 265 km naar Schwarzenbronn even voor Rothenburg ob der Tauber in midden Duitsland en de heuvels werden al wat hoger. Het was een prachtige, zonnige dag en het was een feest om door het Duitse laagland te rijden met de brommers. Het hotel was oorspronkelijk een boerderij en dat hoorden wij ook aan de luid knorrende varkens in de stallen. Wij sliepen in het oudste gedeelte van het huis van meer dan 200 jaar oud. 

Maandag was na een rit van 210 km Eresing bij Landsberg aan de Lech ons doel, om vervolgens op dinsdag, de vierde reisdag, zonder problemen na circa 215 km aan te komen in Oostenrijk bij Weissbach, waar wij 2 nachten bleven
in hotel Seisenberg Klamm. Het is altijd indrukwekkend, als in zuid Duitsland in de verte de Alpen opdoemen.
Op woensdag 15 juni vertrokken wij vanaf ons hotel in Weissbach bei Lofer voor de Koninginnenrit richting Grossglockner. Het was al vroeg zeer warm en terwijl ik in
Fusch an der Grossglocknerstrasse voor de tolpoort van de Hochalpenstrasse stond om de 21€ te betalen, keek ik vóór mij naar een soort steile skischans, wat de weg bleek te zijn, waar ik over heen moest.
Ik kreeg het nog benauwder.
De 200 meter voor mij bleek gelukkig genoeg om hoog in de tweede versnelling te komen en die vast te houden. Vergeet in het hooggebergte met je 50cc bergop de hogere versnellingen, daar kom je niet in, want dan zakt het toerental onmiddellijk en kom je stil te staan.
En dan kun je gaan genieten van de weg en de imposante natuur om je heen. Grote motoren
vlogen mij voorbij, maar dat deerde mij niet, want ik zat op mijn vertrouwde Zündapp en ik wist dat ik boven ging komen.
De 180 graden haarspeldbochten vergen een bijzondere techniek met de kleine 50cc. Het is belangrijk je niet door ander verkeer
naar de kant van de weg te laten schuiven; vóór de bocht moet je de weg opeisen en midden op de weg gaan rijden. In de haarspeldbochten is het binnenstuk altijd het steilst.
Zit je goed met de powerband in zijn twee, dan
gas houden in de haarspeldbocht en luisteren naar het toerental, dat nooit mag zakken, anders moet je terug naar de één en is het nog maar afwachten of je een minder steil weggedeelte kan vinden om naar de twee te schakelen. 
Gemiddeld stijgt de weg 8,3% met uitschieters naar de 11% en onder de 6
500 toeren kwam ik niet. Soms moest ik wel naar de eerste versnelling, maar ik had geen haast vandaag.
Wim en Wybe gingen iets vlotter naar boven, maar stonden regelmatig op mij te wachten, zodat we bijna alles gezamenlijk hebben gereden en veel foto’s hebben gemaakt. Uiteindelijk hebben wij alle 36 “Kehren” (de bochten) afgelegd naar de Hochtor en hebben boven op de top een welverdiend alcoholvrij Weizenbiertje gedronken.
Vanaf het terras van de Edelweisshütte kijk je op de Edelweisspitze van 2.571 meter. Een oude, krappe, bochtige en hobbelige bakstenen weg leidt naar de ultieme en zeer steile top. In eerste versnelling kwamen we boven en parkeerden onze Zündapps en Honda tussen de zware motoren. Wij werden natuurlijk ongelovig aangekeken, dat we met heel weinig en zeer oude cc’s toch boven kwamen. Er werden veel foto’s van ons genomen en we genoten natuurlijk van de belangstelling. Zonder uitzondering vertelde iedere aanwezige motorrijder op de top vroeger een Zündapp te hebben gehad. 
Maar wij hadden
onze Zündapps nog en kwamen er mee uit Nederland.

De afdaling naderhand is altijd een feest. Grote, logge motoren konden wij makkelijk bijhouden of zelfs passeren. Het was goed oppassen, want de geleiderail langs de weg bestaat uit enkele rechtop staande steentjes en vanaf de weg keek je de peilloze diepte in. Ik was blij dat ik voor de vakantie mijn banden en remschoenen had vervangen. We namen dezelfde weg terug naar het hotel via Zell am See en Maishofen en in Weissbach namen wij enkele Weizenbiertjes om de prachtige dag af te sluiten. Onze Zündapps en Honda waren de dag zonder problemen doorgekomen.
De volgende dag stond een lange rit te wachten naar Stanzach in Tirol. Ik kende de omgeving daar enigszins, maar echt genieten was er niet bij, omdat wij in de omgeving van Ehrwald en Berwang de nodige regenbuien te verduren kregen. De natuur en de wegen tussen Berwang en Stanzach zijn beeldschoon en niet in een naam samen te vatten, daarom heet deze bijna 27 kilometer lange panoramaweg, de L21, “
Berwang-Namloser Straße”. Geheel doorweekt kwamen wij veilig in Stanzach aan en dan ben je blij met een comfortabel hotel en droge kleren.
De volgende dag gingen wij iets meer noordelijk en richting huis. Eerst nog door de fantastische Lechtaler Alpen met zijn Hahntennjoch en Furkajoch. Dit gebied van het Vorarlberg maakte grote indruk op ons. Steile passen, geweldige vergezichten en prima wegen werden een van de hoogtepunten van deze reis. De GTS had er moeite mee, want vaak ging ik in de eerste versnelling omhoog, tijd genoeg om van de omgeving te genieten. De westelijke route rond de Bodensee was fantastisch, doordat wij een iets hogere weg reden hadden wij mooi zicht op de reusachtige Bodensee. 

De resterende dagen en reiskilometers werden zonder problemen afgelegd door Frankrijk, Luxemburg, België en tenslotte weer Duitsland. In de Vogezen in Noord-Frankrijk hebben wij overnacht in het nonnenklooster van Oberbronn. Dit enorme en oude klooster probeert extra inkomsten te genereren en toeristen kunnen overnachten in de kleine, maar schone kamers, waar vroeger de nonnen werden gehuisvest. Tegenwoordig leven er nog enkele nonnen in het klooster; sommigen verzorgen de ontbijtzaal en anderen de receptie, nadat zij om 05:00 uur naar de kloosterkapel waren geweest. Het klooster werd goed bezocht door toeristen met de fiets. De garage stond namelijk vol met fietsen, zodat onze brommers buiten moesten slapen. Dit was geen probleem, want het was droog en het grote, ijzeren hek ging na 10 uur dicht.
De laatste reisdag kregen we dan toch nog een hevige regenbui over ons heen. Het was slechts één bui, maar die duurde wel 50 km lang. Na de koffie en koek in Monschau
lag ook die bui achter ons en konden we weer wat opdrogen, op weg naar huis.
Van alle reserveonderdelen hebben we na afloop alleen maar een achterlichtlampje en een koppelingskabel gebruikt en zweette de o-ring van mijn koppelingshevel wat door, verder geen enkele pech. En we hebben de motoren met name bergop niet gespaard; de toerenteller wees op de 11% hellingen doorlopend rond de 8000 à 9000 toeren aan. Met de GTS50 was de ouderwetse trekspie schakelbak een nadeel op de bergpassen; op een helling van 8% of meer moet je snel door de versnellingen heen kunnen, want anders sta je zo weer stil. In de 180 graden haarspeldbochten moet je óf volgas in zijn twee omhoog óf terug naar zijn één, als er veel verkeer om je heen zit. De GTS50 moest mijn 90 kg omhoog brengen plus circa 30 kg bagage.
De zadelpijn manifesteerde zich alleen op de langste rit naar het Franse Oberbronn van 315 km, de andere dagen bewees het schuimen Action kniematje voor in de tuin van 2€ goede diensten.
Wij hadden geen volgauto, want het grote vertrouwen in de Zündapps is nog altijd onaangetast. Ook na deze reis sta ik versteld van de onvoorstelbare kwaliteit van de Zündapp techniek.
Als je brommer/motor netjes in orde is, ga dan op reis en geniet van de wereld rond jou en je Zündapp; je krijgt altijd leuke reacties en je beleeft, ziet en ruikt zo veel meer als in een auto.

Rob

De foto’s:

 

 

 

 

Getagd op:,